Ik Student
Universiteit Amsterdam


‘Ik kan me moeilijker concentreren dan andere studenten’

Heerlijk dansen


‘Als je de hele avond heerlijk aan het dansen bent bestaat al het andere eigenlijk niet. Het is een open ruimte die je creëert. Op de een of andere manier ben ik altijd weer de extreemste. Ik heb altijd nog zin in een afterparty.’

Naar buiten kijken


‘Ik lees een alinea en kijk naar buiten. Dat realiseer ik me dan pas tien minuten later. Daar raak ik zo gefrustreerd van dat ik stop met studeren. De volgende dag begin ik opnieuw en dan gebeurt hetzelfde.’

Middenweg


‘Een ritme aanbrengen is heel moeilijk. Ik mis het echt. Maar een te strak ritme vind ik ook niet leuk. Ik moet er een middenweg in vinden: een ritme hebben en leuke dingen doen.’

Marlies (24) heeft structuur en een vast ritme nodig, weet ze inmiddels. En hoe graag ze ook feest, dat pakt vaak niet goed uit. ‘Ik moet een middenweg vinden: een vast ritme vinden en leuke dingen doen.’

Al in de tweede klas van het vwo had Marlies vaak hoofdpijn en kon ze zich slecht concentreren. ‘Ik haakte vaak af omdat ik het niet voor elkaar kreeg om alle stof te lezen. Op een gegeven moment was ik niet meer geïnteresseerd en deed ik helemaal niets meer.’
Na de middelbare school en een jaar werken ging ze naar de kunstacademie. ‘Qua resultaten ging het goed, maar het was niet de juiste plek voor mij. De kunstacademie bood weinig structuur, die moet je zelf aanbrengen. Je bent autonoom en vrij, waardoor je eigenlijk alle kanten op fladdert. In die periode ging ik veel uit: nachten door de bossen zwerven met warm gemaakte wijn en broodjes. Het was leuk, maar je moet het niet te vaak doen. Dan raak je zwaar uit je ritme. Op de middelbare school was ik ook al zo, maar daar legt de school je een structuur op.’


Rustig aan
Omdat ze het gevoel had dat ze haar volle kunnen op de kunstacademie niet benutte, stapte Marlies over naar communicatiewetenschap aan de UvA. ‘Mijn vader was net overleden en daarom bleef ik dat jaar nog thuis wonen. Er waren al genoeg veranderingen. Ik deed het heel rustig aan. Elke dag na het college ging ik meteen lezen voor de volgende keer, zodat er niets bleef liggen. Meestal ging ik vroeg naar huis. In die periode dronk ik nauwelijks iets.
In het tweede jaar ging ik in Amsterdam wonen. Ik had geen zin in het studentenleven, het bier drinken en zo. Even ging het goed, maar toen slibte het er toch weer in. Je begint weer eens wat te drinken en op een gegeven moment was het soms weer eens echt raak. En dan steeds vaker. Het is als een scheur die steeds groter wordt, totdat het weer vrijheid en blijheid is.’


Nachtritme
Maar feesten, drinken en studeren blijken bij Marlies niet samen te kunnen gaan. ‘Als ik uitga heb ik het helemaal naar mijn zin. Het probleem is alleen dat het effect heeft op mijn studieritme. Ik heb een hele drukke levensstijl en doe altijd heel veel tegelijk: sporten, lid zijn van een opleidingscommissie en ook nog twee baantjes. Ik neem enquêtes af en werk in de horeca. Daardoor kom ik dan weer in een nachtritme.’
Dan wordt het moeilijk om je op de studie te concentreren. ‘Tijdens het studeren kan het zo zijn dat ik naar iedereen om me heen zit te staren of uit het raam. Of ik kom een krantje tegen en ga dat lezen. Ook heb ik veel last van hoofdpijn, echt vermoeiend. In de les is dat vervelend, dan ga ik weg of tekenen. Het is allemaal heel demotiverend.’
Marlies voelt zich vaak machteloos omdat ze niets aan haar concentratieprobleem kan doen. ‘Ik heb wel eens in tranen gezeten toen ik twee artikelen moest lezen voor het schrijven van een essay. De hele week was ik ermee bezig en dan had ik ze nog niet uit. Dus daar kwam geen essay uit voort. Dan begin je achter te lopen en stapelt het zich langzaam op. Eigenlijk moet ik alles in het begin van de week doen, want anders loop ik het risico dat ik me niet meer kan concentreren.’


Niet onderdoen
Haar studieproblemen komen niet door het feesten, denkt Marlies. ‘Het concentratieprobleem staat daar los van, al zal uitgaan het wel versterken. Ik denk niet dat veel studenten zoveel last hebben van concentratieproblemen als ik.’ Ze wil niets liever dan dat alles goed gaat met studeren. ‘Ik wil gewoon dat alles succesvol verloopt zodat ik mijn studie normaal kan afronden. Ik wil helemaal geen probleem hebben, dus los ik het zelf wel op. Je kan goed studeren, anders zat je niet op de universiteit. Daarom wil je dat het hele plaatje goed is. Je wilt niet onderdoen voor anderen. Als het niet lukt voelt het toch alsof je faalt ten opzichte van het gemiddelde, van de norm.’
Marlies is nu met haar bachelorscriptie bezig en is toegelaten tot de onderzoeksmaster. ‘Eigenlijk ben ik nog steeds bang dat ik mijn ritme volledig kwijtraak en weer ga feesten en ongezond leven. Maar ik ben het echt zat. Ik wil heel erg graag mijn ritme terug. Ik wil stoppen met roken, met een leuke sport beginnen en werken op vaste dagen.’


Verhaal Bob: Klamme handen en de angst om af te gaan
Verhaal Jason: ‘Ik moest een doorslaand succes worden, vond ik zelf’
Verhaal Marlies: ‘Ik kan me moeilijker concentreren dan andere studenten’
Verhaal Michiel: ‘Toen was ik door mijn studiefinanciering heen’


 print versie